pech, tegenslag, verliezer, tiener, slecht, mislukking, tekortkoming, prul, nederlaag, miskraam, verwoesting, wrak, ruïneren, consumptie, verdrijving, uitsnijding, verderf, vernietiging, gesis, ongeluk, ineenstorting, vals, futiliteit, onefectiefheid, als gevolg, gevaar, onderneming, ramp, Gevaar, ziekte, misnoegen, verdriet, dreiging, nood, verspilling, plof, leed, ellende, bezoeking
slecht, onheil, ziek, traag, arm, hard, kregel, verschillend, schadelijk, ondeugend, verliezen, onheilspellend, onzedelijk, lomp, verarmde, zonder geld, zonder privileges, onvermogend, onbereikbaar, zuidelijk, ongeluks-, defecte, defect, onvolmaakt, niet correct, oneerlijk, moeilijk, solide, vasthoudend, eigenwijs, overdreven, verderfelijk, weinig, kort, laag, mager, gering, onhandig, lelijk, beestachtig, gemiddelde, schreeuwerig, stout, schalks, guitig, schurk, baseren, beroerd, ellendig, inferieur, namaak, nagemaakt, vals, onuitvoerbaar, irriterende, angstig, lastig, ongezond, morbide, onhygiënische, laatste, ondeskundig, smerig, onplezierig, onaangenaam