nederlaag, ondergang, ruïneren, verwoesting, omverwerping, noodlot, likken, verlies, frustratie, omgekeerde, tarief, ketting, krans, afdeling, folie, pak slaag, vallen, recessie, afwijzen, ineenstorting, val, ontaarding, mislukking, tekortkoming, prul, miskraam, obstructie, hapering, afstoting, suggestie, onteren, schande, verlegenheid, verbijstering, hindernis, barrière, blok
nederlaag, stinkdier, klop, veroveren, overwinnen, wond, doden, vernietigen, vergaan, wrak, spuigat, te gronde richten, winnen, in het strijd overwinnen, frustreren, overweldigen, ondermijnen, belemmeren, dwarsbomen, hinderen, belasten, breken, uitwissen, slopen, verkrachting, onderdrukken, dwingen, verkrachten, onderwerpen, overtreffen, nemen, tot slaaf maken, overstromen, aanranden, kwellen, verdieping, verbeuren, confisqueren, ontwijken, scherm, verwarren
