vervullen, vullen, maken, compleet, goed maken, pak, vermenigvuldigen, vallen in met, compenseren, opvullen, verzwelgen, laden, in rekening brengen, spul, stouwen, aanstellen, hechten, bijvullen, verzadigen, bevruchten, seizoen, bemiddeld worden, wemelen, Gaan, levering, dienen, verschaffen, aankleden, blussen, sussen, tevreden zijn met, wees tevreden, gezet in, beperken, invoeren, afhangen, bouwen, inschrijven, toegeven, omvatten, te sterk voeden, oververzadiging