vervullen, ontmoeten, bereiken, vestigen, vullen, maken, compleet, goed maken, pak, beheren, bevorderen, waarnemen, achterkant, eten geven, vermenigvuldigen, vallen in met, compenseren, uitvoeren, betalen, gedrag, verhandelen, blussen, sussen, zieden, koken, kruik, afkoken, houden, praktijk, gehoorzamen, ten goede komen, redigeren, doorzetten, zijn geschikt, de moeite waard zijn, worden, betamen, in overeenstemming zijn, overeenstemmen, reageren, samenvallen, geworden als, verzadigen, beteren, af hebben, exploiteren, reeks, profiteren van, gebruik maken van, antwoord, passen in, plein, van toepassing zijn, vervulling