verdriet, somberheid, weemoed, leed, melancholie, neerslachtigheid, dubbelzinnigheid, duisternis, vaagheid, verdoving, teleurstelling, wanhoop, moedeloosheid, in de steek gelaten, ondoorzichtig, staar, donker, smet, schande, inkt, verkleuring, donkere vlek, roet, roetvlek, misnoegen, ontevredenheid
obscuur, afwezigheid van licht, bewolkt, somberheid, platvis, droevig worden, zijn melancholie, verveeld zijn, fronsen, wanhoop, kapot maken, blauw worden
Meaning and definitions of gloom, translation in Dutch language for gloom with similar and opposite words. Also find spoken pronunciation of gloom in Dutch and in English language.
What gloom means in Dutch, gloom meaning in Dutch, gloom definition, examples and pronunciation of gloom in Dutch language.