glans, aantekening, commentaar, observatie, vaccin, Notitie, vaccinatie, uitleg, interpretatie, expositie, illustratie, woordenlijst, zinspeling, woordenschat, woordenboek
glans, annoteren, commentaar, schitteren, fonkeling, schijnen, glazuur, glinsteren, fonkelen, opvrolijken, nader toelichten, duidelijk, schitterend worden, leg uit, interpreteren, illustreren, uiteenzetten, uitleggen, vaccineren, enten, ontwarren, ophelderen, demonstreren, uitbrengen, aanduiden, zegevieren, overhalen, troosten
Meaning and definitions of gloss, translation in Dutch language for gloss with similar and opposite words. Also find spoken pronunciation of gloss in Dutch and in English language.
What gloss means in Dutch, gloss meaning in Dutch, gloss definition, examples and pronunciation of gloss in Dutch language.