ingeworteld, verouderd, verstokt, bevestigd, intiem, eigenwijs, koppig, met brede borst, eigenzinnig, moeilijk, solide, vasthoudend, onbarmhartig, steenkoud, onweerstaanbaar, dapper, onhandelbaar, onbestendig, ontembaar, onbuigzaam, ononderdrukbaar, stijf
Meaning and definitions of obdurate, translation in Dutch language for obdurate with similar and opposite words. Also find spoken pronunciation of obdurate in Dutch and in English language.
What obdurate means in Dutch, obdurate meaning in Dutch, obdurate definition, examples and pronunciation of obdurate in Dutch language.