Adjective
1. tumbledown ::
bouwvallige
2. dilapidated ::
vervallen
3. derelict ::
verlaten
4. decrepit ::
afgeleefd
5. neglected ::
verwaarloosd
6. run-down ::
oververmoeid
7. gone to rack and ruin ::
gegaan naar rack en ruïne
8. beat-up ::
beat-up
11. rickety ::
gammel
12. shaky ::
wankel
13. unsound ::
ondeugdelijk