band, tulband, hoofdtooi, hoofddoek, roer, staat, situatie, ploeg, hoofddeksels, pet, calèche
band, op een dop, woordspeling op een tulband, achterschip, vermoeid, vermoeidheid, uitlaat, verzwakken, flikker, moe worden, worden vermoeid, ziek zijn van, tot het einde toe zijn, slijtage, zwak worden, jurk, ziek van, zich zorgen maken
Meaning and definitions of tyre, translation in Dutch language for tyre with similar and opposite words. Also find spoken pronunciation of tyre in Dutch and in English language.
What tyre means in Dutch, tyre meaning in Dutch, tyre definition, examples and pronunciation of tyre in Dutch language.